Wat is de legitieme portie: oftewel welke rechten heeft het zwarte schaap ?

De wet bepaalt wie erven als de overledene niet zelf bij testament zijn erfgenamen heeft aangewezen. Deze wettelijke erfgenamen zijn de langstlevende echtgenoot en de bloedverwanten in diverse gradaties.
Alle wettelijke erfgenamen kunnen bij testament worden onterfd, maar alleen kinderen kunnen zich tegen die onterving verzetten door een beroep te doen op hun legitieme portie. De aldus verkregen aanspraak bedraagt de helft van wat het kind zonder onterving zou hebben verkregen, de zogeheten legitieme portie.
De aanspraak is een vordering in geld. Degene die een beroep doet op de legitieme – de legitimaris – is geen erfgenaam en verkrijgt geen aanspraak op concrete goederen uit de nalatenschap. Hij kan ook niet worden aangesproken voor de schulden van de nalatenschap.

Hoe wordt de legitieme portie berekend ?

De legitieme vordering wordt niet berekend over het saldo van de nalatenschap maar over de legitimaire massa. De legitimaire massa wordt bepaald door bij het saldo van de nalatenschap, zonder aftrek van de legaten, alle giften op te tellen die de erflater tijdens leven aan afstammelingen heeft gedaan, plus de giften die gedurende een periode van 5 jaar voor het overlijden zijn gedaan aan derden.
De legitimarissen zullen juist vaak niet beschikken over informatie en documentatie die van belang is voor de vaststelling en berekening van hun vordering. De Wet bepaalt daarom dat de erfgenamen of de met het beheer belaste executeur die informatie op verzoek van de legitimaris moet verstrekken.
De precieze berekening van de omvang van de legitieme vordering kan een ingewikkelde aangelegenheid zijn. Afhankelijk van de omvang van de giften is onder omstandigheden mogelijk dat de legitieme portie groter is dan hetgeen uit het wettelijk erfdeel zou zijn verkregen.

Voorbeeld
Een erflater laat een vrouw en drie kinderen achter. In het testament onterft hij één van de kinderen. Aan zijn neef legateert hij € 20.000. In de loop der jaren heeft hij aan de twee kinderen die hij niet had onterfd elk € 20.000 geschonken. De erfgenaam had een woning met een waarde van € 300.000, waarop een hypotheek rustte van € 100.000. Het onterfde kind doet een beroep op zijn legitieme. Zijn legitieme aanspraak bedraagt 1/ 2 x 1 /4 = 1/8e gedeelte van de waarde van de legitimaire massa.

De legitieme massa is (€ 300.000 – € 100.000) + (2 x € 20.000) = € 240.000. De legitieme aanspraak beloopt 1/8e deel daarvan derhalve € 30.000. Neef ontvangt het legaat van € 20.000, zodat er voor moeder en de 2 kinderen overblijft 1/3 x [ € 200.000 – (30.000 +20.000) ] = € 50.000

Binnen welke termijn moet een beroep op legitieme gedaan worden ?

Het beroep op de legitieme dient binnen periode van 5 jaar na het overlijden te worden gedaan. De erfgenamen, de executeur of de notaris zijn niet verplicht de legitimaris te informeren over zijn rechten. Er kunnen zich dus situaties voordoen waarin lang onduidelijk blijft hoe de nalatenschap moet worden afgewikkeld. Daarom kunnen de erfgenamen de legitimaris een termijn stellen waarin deze dient kenbaar te maken of al dan niet een beroep op de legitieme wordt uitgeoefend.

Wanneer moet de legitieme vordering worden betaald ?

De wet bepaalt dat de legitieme portie 6 maanden na het overlijden van de erflater opeisbaar is. Op deze regel bestaat een aantal uitzonderingen. De twee belangrijkste zijn:
– de legitieme vordering hoeft pas te worden uitbetaald na het overlijden van de langstlevende in het geval dat de wettelijke verdeling van toepassing is.
– de erflater kan in zijn testament bepalen dat de legitieme vordering niet opeisbaar is in het geval die betaald moet worden door zijn echtgenoot. Dezelfde testamentaire bepaling kan ook worden gemaakt ten behoeve van een andere levensgezel met wie de erflater samenleefde op voorwaarde dat er tussen hen een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst is opgesteld.