Wat kan de erflater doen om problemen bij de uitbetaling van de vorderingen van de andere kinderen te voorkomen?
Vaak is het bedrijf het bestanddeel in de nalatenschap dat de meeste waarde vertegenwoordigt. Ondernemers wordt vaak geadviseerd om aan de kinderen die het bedrijf niet voortzetten een legaat toe te kennen van een in termijnen te betalen geldsom. In het testament wordt dan tevens uitdrukkelijk bepaald dat zonder dat legaat de voortzetting van het bedrijf in ernstige mate worden bemoeilijkt.
Achtergrond daarvan is dat de continuïteit van de onderneming in gevaar kan komen als de voortzetter de vorderingen van de andere kinderen direct zou moeten uitbetalen.
Indien het kind dat zo’n legaat krijgt zich daarbij niet wenst neer te leggen, moet het alert zijn want een vordering tot betwisting van de noodzaak voor de gespreide betaling dient binnen 3 maanden na overlijden aan de kantonrechter te worden voorgelegd. Die termijn is erg kort.
In de procedure is de uitbetaling van de contante waarde van het legaat de inzet. De contante waarde vertegenwoordigt de waarde van het legaat op dat moment. Deze contante waarde is in het algemeen lager dan de som van alle periodieke betalingen tezamen.
De bedrijfsopvolger zal in die procedure duidelijk moeten maken dat hij in financiële problemen komt als hij tot uitkering ineens zou worden verplicht. De kantonrechter kan als hij meent dat de opgegeven grond op zich juist is de bedrijfsopvolger toch verplichten om sneller te af te betalen of om hem zekerheden te stellen voor de te verrichten betalingen.
Als de kantonrechter van mening is dat snellere afbetaling niet mogelijk is zonder dat de voortzetting van het bedrijf in gevaar komt, dan moet het kind dat het bedrijf niet voortzet uiteraard genoegen nemen met het in het testament voorkomende legaat.